Observaties

door Jan Vlug, advocaat te Deventer

Verhoorbijstand

 

In Nederland krijgt iedere verdachte met ingang van 1 maart 2016 het recht om zich tijdens het verhoor door de politie bij te laten staan door een raadsman. Daarmee is Nederland het laatste (!) land in Europa waar verdachten dat recht hebben. Deze bevoegdheid komt niet uit de koker van de regering. Integendeel. Die doet er alles aan om de verhoorbijstand zo onmogelijk mogelijk te maken. De gang van zaken en de problemen op een rijtje:

Circa 2 ½ jaar geleden is er een Europese richtlijn van kracht geworden die bepaalt dat iedere verdachte binnen de Unie het recht heeft zich door een advocaat te laten bijstaan. Die richtlijn gaf de regering tot 27 november 2016 de tijd een en ander conform het nationale recht te regelen, anders zou de richtlijn zogeheten directe werking krijgen. De regering had tot voor kort niets geregeld. Omdat de druk die van alle kanten op de regering werd uitgeoefend kennelijk tot niets leidde, vond de Hoge Raad het op 22 december 2015 welletjes en bepaalde in een tamelijk dwingend arrest dat de verhoorbijstand met ingang van 1 maart 2016 niet alleen was toegestaan, maar ook dat de verdachte daarop moest worden gewezen. De regering werd vervolgens gemaand de noodzakelijke beleidsmatige, organisatorische en financiële keuzes te maken die dat mogelijk zouden maken. Het had tenslotte allemaal al veel te lang geduurd.

Deze aansporing kon de regering natuurlijk niet laten lopen (zoals ze dat bijvoorbeeld met adviezen van Raad van State e.d. wel doen) en te elfder ure werden o.a. de Nederlandse Orde van Advocaten, de politie en het OM om advies gevraagd. Vervolgens werd er een ontwerp besluit in elkaar getimmerd over wat die bijstand dan in zou mogen houden en werd er een financiële regeling getroffen. Zowel het ontwerp besluit als de financiële regeling zijn zodanig ontworpen dat de verhoorbijstand in de praktijk niets voor zal kunnen stellen.

In de eerste plaats wordt in de ontwerpregeling de raadsman/vrouwe vrijwel gereduceerd tot een waarnemer die uitsluitend bij aanvang en einde van het verhoor opmerkingen mag maken en vragen mag stellen. Daarnaast mag hij/zij uitsluitend de verhoorder opmerkzaam maken op het feit dat de verdachte de vraag niet begrijpt, het pressieverbod wordt overtreden of dat de psychische of fysieke toestand van de verdachte zodanig is dat dat een verantwoorde voortzetting verhindert. De raadsman/vrouwe mag zich voorts uitsluitend wenden tot de verhorende ambtenaar en dus niet tot de eigen cliënt. Mocht de advocaat deze regels overtreden dan wordt hij/zij er, na te zijn gewaarschuwd, uitgezet. Van de aanbevelingen die door de Orde zijn gedaan is, u raadt het al, niets overgenomen. Dat terwijl de richtlijn bepaalt dat “Member States should ensure that suspects or accused persons have the right for their lawyer to be present and participate effectively when they are questioned”. Kortom: de lidstaten moeten er voor zorgen dat de advocaat van de verdachte effectief deel kan nemen aan het verhoor.

Daarnaast moet het nationale recht ervoor zorgen dat de advocaat “.… may ask questions, request clarification and make statements, wich should be recorded in accordance with national law”.De richtlijn heeft, kortom, de bedoeling een effectieve verdediging mogelijk te maken en het huidige V&J wil dat ten koste van alles voorkomen. Zo kennen we het ministerie dat zich niets gelegen laat liggen aan wet en waarheid weer….

Het zal niemand verbazen dat de gespecialiseerde strafadvocatuur zich hier niet bij neer legt. Niet alleen blijven wij druk uit oefenen op “Den Haag” (onder meer met een kort geding tegen de minister), maar ook door in al die individuele verhoren de strijd aan te gaan. Ik zal mij in ieder geval ook tijdens de verhoren (uiteraard respectvol en beleefd) actief met dat verhoor bemoeien.  Vragen stellen, opheldering vragen, opmerkingen maken. Ik zal ook vragen die vast te leggen in het proces-verbaal, alles in overeenstemming met de tekst van de richtlijn en met een uitdrukkelijk beroep op die richtlijn. Mocht ik er (na te zijn gewaarschuwd) door de hulpofficier van justitie uitgezet worden, dan zij dat maar zo. Ik zal in dat geval mijn cliënt adviseren zich op zijn zwijgrecht te beroepen totdat een andere advocaat het van mij zal hebben overgenomen. Daarbij zal ik hem voorts adviseren dat hij ondanks mijn onvrijwillige vertrek, verhoorbijstand wenst. Het onderzoek in de strafzaak zal daardoor ernstige vertraging oplopen. Mocht in de daarop volgende strafzaak blijken dat mijn verwijdering onterecht was en/of het verhoor zonder raadsman/vrouwe is voortgezet, dan zal dat gevolgen moeten hebben voor de verdere zaak. De minister en zijn vazallen nemen naar mijn mening dan ook een aanzienlijk risico dat strafzaken averij oplopen.

Dan de vergoeding. Inmiddels heeft het ministerie een vergoeding in het vooruitzicht gesteld voor de advocaat die het verhoor bijwoont van € 150,= voor alle verhoren bij elkaar, inclusief reis- en wachttijd. In grote, zware strafzaken (minder dan een paar procent van de zaken) is die vergoeding € 300,=. Deze vergoeding is gebaseerd op de fictie dat in eenvoudige zaken verhoren ongeveer 1 ½ en in zware zaken ongeveer 3 uur duren. Ca. € 100,= per uur dus. Om te beginnen (en om te voorkomen dat we weer als geldwolven worden weggezet) dat uurtarief: In vergelijking met de tuinman of de loodgieter lijkt € 100,= per uur heel wat. De loodgieter en de tuinman hebben alleen over het algemeen geen secretaresses en telefonistes in dienst, huren geen kantoren, zijn geen lid van duizenden euro’s kostende beroepsverenigingen en volgen geen peperdure cursussen. Dat zit namelijk ook allemaal in dat tarief.

Ik durf de stelling wel aan dat het onmogelijk is om in 95% van de zaken binnen 1,5 uur klaar te zijn met de verhoren. Sterker nog: die verhoren duren niet alleen langer (alleen het sociale verhoor duurt vaak al een uur zonder dat er over de zaak zelf wordt gesproken), maar worden ook nog pauzeloos onderbroken. Voor het horen van getuigen, voor de lunch, om de aangifte op te nemen, om de Officier even te bellen, om de medicatie te regelen, omdat moeders in de hal staat en ga zo maar door. Al die tijd sta je dus als advocaat te niksen, terwijl het werk op kantoor en op de rechtbank gewoon door gaat. Bovendien vinden de verhoren vaak  verspreid over meerdere dagen plaats. In veel gevallen wordt een verdachte 4, 5 of 6 x gehoord, waarbij ieder verhoor een paar uur duurt. Dat zou allemaal moeten voor die ene vergoeding van € 150,= De vergoeding van € 300,= is echt een uitzondering). Dat komt neer op een uurtarief van tussen de € 10,= en € 25,= per uur. Daar komt de tuinman echt niet meer voor.

Daar komt bij dat veel verhoren ’s avonds of in het weekeinde plaatsvinden. De verhorende ambtenaren houden er na 38 uur per week mee op, maar de arme raadsman/vrouwe? Die moet naast de meestal meer dan 40-urige werkweek er nog een uur of wat bij gaan doen. Ook ’s avonds en in het weekeinde. Een voorzichtige schatting gebaseerd op mijn eigen praktijk leert dat mijn werklast per week met tussen de 5 en 10 uur zal stijgen, terwijl daar € 150,= tot € 300,= tegenover staat. Bij een dergelijke vergoeding is het ook onmogelijk om een advocaat aan te nemen. Dat kan simpelweg niet uit.

Volgend probleem is dat als je piketdienst hebt en dus alle verdachten die worden aangehouden bezoekt als zij daar om vragen, je vaak meerdere meldingen hebt. Als melding 2 binnenkomt terwijl je net verhoorbijstand levert aan melding 1, wat dan? Wat als ik verwacht word op de rechtbank in verband met een al weken geleden geplande zaak? Ik kan maar op 1 plek tegelijk zijn. Een vervanger dan? Ik kan toch moeilijk een collega vragen bijna gratis de verhoren in de zaak van mijn cliënt bij te wonen? Waar moet die de tijd vandaan halen? Ook die vervanger heeft hoge kosten en verplichtingen elders.

Ook hier voorzie ik dat je in arren moede verdachte 2 adviseert zich dan maar op zijn zwijgrecht te beroepen totdat de raadsman klaar is met het bijwonen van de verhoren van verdachte 1 of tot hij/zij weer terug is van de rechtbank. Ook hier zal ik de cliënt in het proces-verbaal laten optekenen dat hij/zij wel bijstand wil, maar dat die niet beschikbaar is. Ook hier bestaat het risico dat de zittingsrechter consequenties zal verbinden aan het feit dat de verdachte feitelijk geen verhoorbijstand heeft gehad, terwijl hij er niet ondubbelzinnig van heeft afgezien. Nadeel van dat onvermogen om op twee plaatsen tegelijk te zijn is bovendien, dat de verhoren van verdachte 2 bij ontstentenis van de raadsman/vrouwe langer gaat duren. Dat zal er weer toe leiden dat cliënten dan maar afzien van hun recht op verhoorbijstand, waardoor de minister alsnog zijn zin krijgt en de verhoorbijstand de facto de nek om is gedraaid.

De voorgestelde financiële regeling zorgt bovendien voor een tweedeling in de maatschappij. Een groep burgers die zich voor tussen de € 200,= tot € 500,= ex BTW per uur van adequate verhoorbijstand kan voorzien aan de ene kant en een groep die dat niet kan aan de andere kant. Ieder kind weet dat de eerste groep heel veel kleiner is dan de tweede. Zeg maar het verschil tussen de vrijgesproken OJ en de eindeloze rij veelal zwarte stumpers op deathrow.

De minister zal zeggen dat hij zich moet houden aan zijn toch al moeizaam tot stand gekomen begroting en dat de Kamer en de Minister van Financiën hem geen extraatjes zullen geven. Hoewel ik geen specialist overheidsfinanciën ben (verre van), komt het mij voor dat hij zich dat tenminste twee begrotingen geleden had moeten realiseren, namelijk ten tijde van het uitkomen van de richtlijn.

Het ministerie van V&J wordt zoals wij weten bevolkt door ambtenaren en bewindspersonen die niets hebben met de advocatuur. Die ons maar lastige kostenposten vinden. Die vinden dat het wel snor zit met de rechtstaat en dat ze wel op hun lauweren kunnen rusten. Dat kan in één keer veranderen. Namelijk wanneer je zelf de klop van justitie op de deur hoort. Als om 6.00 uur ’s morgens je voordeur dmv “De Grote Boem” uit zijn scharnieren wordt geslagen en je kinderen onder geschreeuw “politie, politie!” uit hun bedjes worden geschopt. Als je in die stressvolle situatie niemand mag spreken, met niemand mag bellen en je alles wordt afgenomen. Als je op badslippers en zonder riem in je broek in een betonnen hok wordt gezet en je niet weet hoe lang dat gaat duren. Dan ben je donders blij dat er zo’n lastpak naast je zit.

Interrogation